Het kan nog steeds beter
Medicatieveiligheid
Werk samen voor verbetering
Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (IVM) reageert
Samenwerken om de medicatieveiligheid te verbeteren, helpt. Dat zegt het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik (IVM) in een reactie op het rapport ‘Het kan nog steeds beter’, dat minister Schippers onlangs naar de Tweede Kamer stuurde. Vooral bij betere samenwerking tussen apothekers, huisartsen en zorgverzekeraars neemt de medicatieveiligheid aantoonbaar toe. Het IVM vindt dat het huidige beleid van de minister de zorgverleners onvoldoende stimuleert en pleit daarom voor concretere maatregelen om de veiligheid van medicatie te verbeteren.
Bijvoorbeeld maagbeschermer
Het IVM berekende dat er naar schatting jaarlijks 200-300 minder ziekenhuisopnames zijn door het geven van een maagbeschermer bij het gebruik van NSAID’s sinds 2007. ‘Dit komt onder andere doordat apothekers en huisartsen meer inzicht hebben in hun voorschrijfgedrag’, zegt IVM-directeur Ruud Coolen van Brakel. ‘Zij kunnen via de Monitor Voorschrijfgedrag Huisartsen zien hoe zij scoren bij bijvoorbeeld het voorschrijven van maagbeschermers.’ Daarnaast verbetert de medicatieveiligheid volgens het IVM door het beloningssysteem dat sommige zorgverzekeraars hanteren. Scoren huisartsen en apothekers goed op indicatoren, dan krijgen zij een financiële prikkel om hun voorschrijfgedrag – en daarmee de medicatieveiligheid – verder te verbeteren.
Blanco recept in oud medisch handboek (Collectie J.T.A. te Gussinklo)
Concrete maatregelen
Volgens het IVM is er echter nog veel verbetering mogelijk als de grote regionale verschillen in de samenwerking worden aangepakt. De verschillen ontstaan onder andere doordat niet alle zorgverzekeraars specifiek beleid voeren op goed voorschrijven. ‘Het continueren van het huidige beleid van de minister – het oproepen van de beroepsgroepen om de richtlijnen te verscherpen en beter na te leven – is niet concreet genoeg en zet dus onvoldoende zoden aan de dijk’, aldus Coolen van Brakel. Het IVM pleit dan ook voor concretere maatregelen. ‘Stimuleer de samenwerking tussen artsen en apothekers. Zorg ervoor dat ze inzicht hebben in hun voorschrijfgedrag. Beloon huisartsen als ze goed voorschrijven en apothekers als ze goed afleveren. Breid de indicatoren die het voorschrijfgedrag toetsen uit met indicatoren uit het rapport’, licht Coolen van Brakel toe. ‘En ook belangrijk: zorg dat ook specialisten aan de slag gaan met het verbeteren van hun voorschrijfgedrag aan de hand van voorschrijfindicatoren.’
Regionaal NSAID en Maagprotectie (2011)
Dagelijkse praktijk
Het IVM deelt het standpunt van de minister dat zorgverleners in hun dagelijkse handelen meer werk moeten maken van medicatieveiligheid. Coolen van Brakel: ‘Wij zien dat er met name in zorginstellingen nog veel mis gaat. De medicatie-overdracht is niet goed geregeld, actuele medicatie-overzichten ontbreken en er is onvoldoende kennis van medicijnen bij zorgverleners en gebruikers. Hierdoor worden onjuiste medicijnen en doseringen en gevaarlijke medicijncombinaties toegediend.’ Zorginstellingen kunnen medicatiefouten voorkomen door vaker hun medicatieproces door te lichten zodat de risico’s op fouten in kaart worden gebracht. Daarnaast speelt scholing een grote rol. ‘Personeel moet zich niet alleen bewust worden van de problemen rondom medicatieveiligheid, maar concrete handvatten krijgen om er op de werkvloer mee aan de slag te kunnen.’