Discriminatie op kleur. Geneesmiddel
[soundcite url=”” text=”” start=”” end=””]Substitutie
Placebo effect?
Doet de kleur er toe?
Jarenlang was het de gewoonte dat een patiënt bij opname in een ziekenhuis alle medicijnen die hij of zij thuis gebruikte inleverde (vaak in een grote plastic zak van de winkel om de hoek…). Vervolgens kwam de verantwoordelijkheid voor de distributie van medicijnen bij de ziekenhuisapotheek te liggen. Dat betekende heel vaak hetzelfde medicijn, maar dan in een ander jasje en van een andere producent. Immers de ziekenhuisapotheek kon gunstige inkoopvoordelen bewerkstelligen. Jaren later gebeurt iets dergelijks in de stadsapotheek. Vaak gaat het daarbij om producten via parallelimport (buitenland) of (bij verlopen van patent) zogenaamde generische producten. Zorgverzekeraars hebben daarmee voor ‘snellopers’ zoals maagmiddelen of cholesterolverlagers aanzienlijke inkoopvoordelen kunnen afdwingen. Die hebben zeker gunstige invloed op het farmaciebudget. Is de patiënt hier altijd blij mee? Zeker niet. Het meest recente Geneesmiddelenbulletin (GEBU juli 2013) wijdt aan dit zogenaamde substitutie fenomeen een hoofdartikel (auteur prof. dr. T van Gelder). Het gaat erom dat zogenaamde gelijkwaardigheid nogal wat voeten in de aarde heeft. Op een enkel aspect wil ik graag ingaan, namelijk het (wisselend) uiterlijk van het medicament in relatie tot therapietrouw. Er is een inzichtelijke Amerikaanse studie over gebruik van anti-epileptica/ anti epileptica drugs (AED), waaraan ook het Geneesmiddelenbulletin refereert.
Zevental AED’s uit Amerikaanse studie. Kleur van preparaten.
Substitutie
Uitgangspunt bij de studie (gepubliceerd in de Archives of Internal Medicine) zijn apothekersgegevens. Onderscheidend is of patiënten al dan niet binnen vijf dagen herhaalmedicatie komen ophalen. Het gaat daarbij om patiënten die anti-epileptica (AED) moeten gebruiken waarvan zowel een spécialité als een generisch product op de (Amerikaanse) markt is in de periode 2001-2006. Het gaat concreet om een zevental AED’s. Zowel vorm als kleur zijn in beschouwing genomen. Ten opzichte van een controlegroep (>50.000) blijkt dat vooral verandering van kleur geassocieerd kan worden met een verminderde therapietrouw bij de onderzochte groep (>11.000).
Impressie Ruben Gringhuis
Analyse
Hoe is dit te verklaren? Het Geneesmiddelenbulletin noemt verwisseling of vergissing. In de Amerikaanse publicatie wordt ook het placebo-effect genoemd. Zelf acht ik dat placebo-effect uiterst belangrijk. Dat heeft namelijk ook bij werkzame middelen een rol! Patiënten kunnen menen dat het middel minder of anders (zelfs averechts) werkt. Indien patiënten zeggen minder baat te hebben bij medicatie kan dat een subjectief gevoel zijn, maar ook het gevolg van daadwerkelijk verminderde therapietrouw. Sommige kleuren suggereren mogelijk ook een krachtig effect? Dit alles zou theoretisch kunnen leiden tot verergering van symptomen van de behandelde aandoening. Het Amerikaanse (retrospectieve) onderzoek heeft daarbij beperkingen. Deze zouden deels ondervangen kunnen worden door een (prospectieve) studie opzet waarbij gebruik gemaakt wordt van daadwerkelijke actieve monitoring. Misschien is het zelfs te overwegen omtoch nog eens achteraf de onderzoeksgegevens van Dimove (Pilot bij epilepsiecentrum SEIN) nog eens met die wetenschap te bekijken, alhoewel dat lastig zal zijn.