WikiNo geen snotneus
De Nederlandse Vereniging voor Keel-Neus en Oorheelkunde en heelkunde van het Hoofd-Hals gebied is vooruitstrevend en “leading” op Internet via een WIKI platform. Een open boek is KNO nog niet: No,no.
Hendrik Verschuur (Den Haag) “We willen eerst maar de eigen beroepsgroep hier heel actief in betrekken”. Gerelateerde beroepsgroepen (kinderartsen) en zusterverenigingen in buitenland moeten nog even geduld hebben. Dit zegt hij nadrukkelijk tijdens een voordracht ter gelegenheid van het 1e Nationaal Kwaliteitscongres op 3 november 2010 in Utrecht.
Andere Wetenschappelijke Verenigingen mogen beslist een beroep doen op de deskundigheden en de software van deze voorlopers
Er is veel evidence-based kennis over diagnostiek, therapie en prognose van (KNO) aandoeningen. Klassieke naslagwerken zijn echter deels verouderd op het moment van verschijnen en voldoen zelden aan de evidence-based criteria. Richtlijnen zijn vaak te uitgebreid voor de dagelijkse praktijk. Er bestaat geen database die alle kennis van naslagwerken, richtlijnen, protocollen en best practices samenvat volgens EBM- criteria en die de kennis ook actueel houdt.
Met behulp van wiki-software is een website gebouwd. Iedere KNO-arts (i.o.) mag lemmata maken, wijzigen of becommentariëren. Te denken valt aan diagnostische dilemma’s, behandeling van een aandoening, prognose van een ziekte. Deze lemma’s volgen een vaste structuur en worden zo weergegeven dat in een opslag het antwoord op de vraag gevonden kan worden. De website leidt de auteurs door een eenvoudig format om éénduidigheid van tekst te krijgen. Een redactie zorgt voor methodologische controle op basis van EBM-normen. Dit verzekert de betrouwbaarheid van de aanbevelingen. Diverse functionaliteiten zorgen voor een gebruikersvriendelijke, overzichtelijke en klinisch relevante database.
Doel van WikiNo is een continu geactualiseerde, gesloten wiki-website die een samenvatting geeft van de EBM-kennis per (sub)onderwerp. Alle (richtlijn) aanbevelingen zullen hierdoor eenvoudig toegankelijk worden.
Er is al jaren aan gewerkt en cruciaal waren de bijdragen vanuit de SKMS (Stichting Kwaliteitsgelden Medisch Specialisten).Er zijn allerlei plannen, zoals het toekennen van accreditatiepunten voor inzet. Er zijn ook contacten met een uitgeverij over verdere professionalisering.