EPD Voorbij EPD
Innovatie
40x vermeld
Meer dan een stuurgroep
Het onderzoeksrapport ‘Het EPD voorbij’ van 175 pagina’s is interessant vanuit het oogpunt van innovatie. Het woord innovatie komt maar 40x voor in het rapport. Dan ook nog vrijwel steevast in de combinatie “Stuurgroep ICT & Innovatie”. Dat is wellicht tekenend voor het project, want innovatie gaat maar voor een deel over de techniek (lees hier ICT). Een van de verworvenheden van de afgelopen jaren (vreemd eigenlijk, want hoe logisch!) is dat we weten dat innovatie een gerichte aanpak vraagt. Neem de moeite om nog eens naar de thesis van Rutger van Merkerk uit 2007 te kijken (252x woord innovation). Rutger werkt thans bij Pontes Medical (foto genomen tijdens jaarlijkse Medical Expert Meeting op 2 februari 2012 in het VUMc).
Kees Wiegers (KWIC Healthcare) in gesprek met Rutger van Merkerk (rechts) |
Bron: NSOB
Er is in Nederland vijftien jaar gewerkt aan de realisatie van een elektronisch patiëntendossier (EPD). Het onderzoeksrapport ‘Het EPD voorbij?’ evalueert het besluitvormingsproces inzake het EPD en de wijze waarop de verschillende betrokken partijen daaraan hebben bijgedragen. Het rapport doet verslag van een onafhankelijk onderzoek dat is uitgevoerd door een onderzoeksteam van de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB) onder leiding van prof. dr. M.J.W. van Twist.
Het onderzoek laat zien dat de realisatie van de ICT-infrastructuur voor het EPD in projectmatig opzicht redelijk geslaagd te noemen is. Kostenoverschrijdingen die zijn opgetreden tijdens de projectrealisatie zijn verklaarbaar en bovendien relatief beperkt. De grote kwestie rond het EPD is ook niet de technische realisatie maar het besluitvormingsproces over de invoering ervan. De moeilijkheid in het realiseren van het EPD is gelegen in de betrokkenheid van vele partijen met uiteenlopende opvattingen, invalshoeken en belangen, waaronder de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV), de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (KNMG) en het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). Uiteindelijk is het de betrokkenen nooit gelukt om onder regie van het ministerie van VWS een eenduidig beeld te ontwikkelen over wat het EPD is, wat het zou moeten doen en wie het zou moeten dienen. Onderling deelden zij bovendien niet één alternatief. In plaats daarvan circuleerden verschillende varianten over wat het EPD had of zou moeten zijn. Er werd zodoende technisch weliswaar een EPD gebouwd, maar de betrokken partijen ondersteunden dat niet. Dit heeft geleid tot openlijke weerstand in het veld en irritatie bij de Eerste Kamer. Met het gevolg dat de Eerste Kamer de overheid opdroeg zich uit dit dossier terug te trekken en de inspanningen rond de realisatie van het EPD te minimaliseren.
Studiereis Estland (EPD) |
Paradox?
Toch is het EPD besluitvormingsproces daarmee niet als afgerond of voorbij te beschouwen. Vrijwel direct na aanname van motie X door de Eerste Kamer en de terugtrekkende beweging die de overheid vervolgens heeft gemaakt, is er op allerlei vlakken in het veld beweging ontstaan. Daarbij is gebleken dat, met de bereidwilligheid om tot compromissen te komen, er relatief snel besluitvorming kon plaatsvinden over welk EPD er dan wel zou moeten komen. Dat EPD maakt gebruik van de inmiddels onder regie van VWS gerealiseerde technische infrastructuur.
Hierin ligt de belangrijkste les van het EPD besluitvormingsproces besloten. De les van het EPD is niet dat de technische realisatie van de ICT-infrastructuur tekort schoot, maar dat samenwerking in het netwerk van benodigde partijen voor de daadwerkelijke invoering ervan onvoldoende tot stand is gekomen. Dat gebeurde pas toen de VWS de centrale positie in het besluitvormingsproces – die overigens op aanwijzen van de Tweede Kamer en op verzoek van het veld werd ingenomen – weer verloren had. Paradoxaal genoeg was in het EPD besluitvormingsproces de voortgang juist gebaat bij het weer opgeven van die centrale positie. Pas toen pakten partijen daadwerkelijk hun rol weer op.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met prof. dr. M.J.W. van Twist via twist@nsob.nl.